Angst, een onderdeel van onze darmen

Van monsters tot de dood. Veel kinderen krijgen op een bepaald moment te maken met
angsten. In sommige situaties gaan deze angsten gepaard met lichamelijke klachten, zoals
urineverlies, zweten, diarree of juist constipatie. Niet leuk, maar in veel gevallen hoort het er
allemaal bij.


Onderzoek naar darmen
Uit een eerdere studie van de Canadese McMaster University blijkt dat verschillende maag-
en darmaandoeningen kunnen zorgen voor angst of depressie. De onderzoekers dienden bij
gezonde muizen antibiotica toe om de bacteriëhuishouding in de darmen te verstoren. Dit
resulteerde in gedragsveranderingen. De muizen werden minder voorzichtig en ze werden
angstig. De verandering zorgde ook voor een verhoogde hersenactiviteit in de gebieden die
verantwoordelijk zijn voor angst en depressie. Zodra de onderzoekers stopten met het
toedienen van antibiotica, werd de bacteriëhuishouding weer normaal. En ook het gedrag en
de hersenactiviteit van de muizen werd weer normaal.

Verrassend, maar toch ook weer niet. Het is tenslotte geen geheim meer dat onze darmen ons
tweede brein zijn en daarom heel veel invloed hebben op hoe wij ons voelen. Ze kunnen je
somber, druk of juist vrolijk en ontspannen maken. Denk bijvoorbeeld aan neurotransmitters,
zoals serotonine – ofwel het gelukshormoon –, die in de hersenen prikkels overbrengen. Heb
je voldoende van deze stoffen, dan voel je je blij, opgewekt en gelukkig. Maar bij een tekort
(of juist een teveel) aan deze neurotransmitters kunnen klachten ontstaan. Deze kunnen
variëren van slecht slapen, angsten en agressiviteit tot sombere gevoelens, prikkelbare darmen
en pijn.

Wat vertelt het ontlastingspatroon?
Laten we dan nu eens kijken naar het ontlastingspatroon. Dit vertelt tenslotte veel over de
gezondheid van de darm. Wanneer je ergens tegenop ziet en je je zorgen maakt, iets spannend
of eng vindt, reageren darmcellen op deze gedachten. Kinderen laten het soms letterlijk lopen,
vanuit de wens dat het er dan niet meer is en het weer is zoals het was. Diarree die van korte
duur is, kan ook een letterlijke opluchting zijn na een hele spannende periode.

Constipatie betekent echter precies het omgekeerde, maar kan ook angstgerelateerd zijn. Bij
angst en onzekerheid kan je namelijk proberen om het oude vast te houden, want dit voelt
comfortabel en veilig. Kinderen zijn bang voor nieuwe emoties en houden vast aan oude
situaties. Ophouden van poep en harde, weinig frequente poep kan het gevolg zijn.
Anderzijds kan een verstoord microbioom zorgen voor dezelfde klachten. Zelf ben ik daar een
mooi voorbeeld van. Ik heb jarenlang veel last gehad van mijn darmen en ken problemen
zoals constipatie en diarree goed. Ik weet, in beiden gevallen, hoe ellendig je ervan kan zijn.
Toen ik eenmaal écht leerde luisteren naar mijn lichaam en geest, merkte ik dat wanneer ik veel
last had van mijn darmen, ik ook last kreeg van (onrealistische) angsten. Ik was soms
intens bang om ’s nachts naar het toilet te gaan. Voeding, supplementen en bewustwording
hebben bijgedragen aan herstel.